Wild Brown Bear Centre
Finland
Eind september zijn we een week naar Finland geweest, naar het Wild Brown Bear Centre in de regio Kahmo, bij Lentiira, halverwege Finland, tegen de Russische grens. Net over de grens ligt het grote Kostamus park met een grote gezonde beerpopulatie, waar het verboden is om te jagen op beren en veelvraten. Een deel hiervan steekt regelmatig de open grens over.
We vlogen naar Kajaani, hier werden we door Ari, de eigenaar opgepikt, van waar het nog ruim 2 uur rijden naar het WWB centre.
Op meerdere plekken kan je bruine beren zien, maar hier heb je ook grote kans om de veelvraat te zien en met een beetje mazzel wolven. De bruine beren zijn gegarandeerd, een groepje van zo’n 10 beren komt hier dagelijks langs de hutten en wat andere beren af en toe. De beren worden gevoerd, waardoor ze vaak in de buurt blijven. Ook de veelvraat wordt gevoerd waardoor hij terug blijft komen.
Overal zijn kisten met een deksel in de grond gemaakt, waar ’s middags het vlees in wordt gestopt, en waar later de beren dan het vlees uit kunnen halen. De meeste beren zijn hier heel handig in geworden en lopen van kist tot kist. Maar struinen ook rond.
Het WWB centre heeft 27 fotohutten, de meeste voor 2 personen en een paar wat groter, voor 4 personen, voor families. Je eet vroeg een warme maaltijd, om 15.00 uur en dan ga je rond 15.30 uur naar je hut. Je kan van tevoren intekenen naar welke hut je wil. Toen wij er waren, was het aan het einde van het seizoen en niet meer zo druk, dus we hadden volop de keus qua hutten. Van tevoren 2 thermopakken gekocht, daar het ’s nachts in de hutten koud kan worden. Je kreeg een rugzakje met wat eten, een thermosfles heet water voor koffie of thee mee en dan vertrok je gezamenlijk naar de hutten op zo’n 15-20 minuten lopen van het hoofdgebouw. Onderweg haakten dan steeds een paar mensen af naar de ene rij hutten of de volgende rij.
Sommige hutten waren wat ‘luxer’ dan anderen, hadden kantoorstoelen om in te zitten en kon je staan, in anderen moest je gebukt op je knieën rondkruipen. De luxere hutten hadden bunkbedden met een slaapzak waar je kon slapen, in de oude lagere hutten lag een piepschuimen matras op de grond met slaapzak. Alle hutten hadden een soort WC-emmer voor als je naar de WC moest.
Vaak moest je tot de schemer wachten tot de eerste beren kwamen, maar een paar keer verschenen ze al vrij vlot nadat wij in de hut zaten. Meestal was het een moeder met 3 jongen, of de vader, of een jongvolwassen man. Af en toe een andere beer. Soms ook wat actie, ma beer werd onrustig wanneer pa in de buurt van haar en haar 3 jongen kwam, en dan werd hij verjaagd. Het jonge net volwassen mannetje werd weer door de oudere volwassen man verjaagd. Hij had ook een fikse bijtwond net onder zijn schouder. Elke keer dat we hem zagen, was hij heel voorzichtig, ging regelmatig overeind staan en snuiven of een andere man in de buurt was. De andere beren aten rustig het vlees op en gingen naar de volgende kist, maar dit jonge mannetje, pakte steeds het vlees en ging er dan snel weer vandoor. Het jonge mannetje was ook veel lichter van kleur, heel licht bruin, de andere beren waren een stuk donkerder. Het vrouwtje had 2 lichtbruine jongen en 1 donkerbruin jong. Zoals de meeste jonge dieren, waren de jonge beertje heel speels en nieuwsgierig, bleven vaak een eind achter. Tot ze ma niet meer konden zien en raakten dan in paniek, waar is ma gebleven! Dan een klein jankend geluid, waarop ma reageerde en dan renden ze weer naar haar toe.
3 Nachten hebben we wolven gezien, 2 verschillende, 2x van heel dichtbij. Alleen de veelvraat was wat moeilijker te spotten, we hebben maar 1x de veelvraat gezien.
We hadden ook op het noorderlicht gehoopt, maar helaas was het elke nacht aardig bewolkt. De week ervoor hadden ze schitterende noorderlichten gezien, maar geen wolven. Je kan dus niet alles hebben 😉 . Als het rustig was, zaten we naar alle vogels te kijken, er vlogen aardig wat roofvogels, en bonte kraaien rond en wat andere vogels. Ook een paar keer herten en elanden gezien. Als het helemaal donker was geworden, kroop je met je thermopak in de slaapzak, daar het net boven het vriespunt was. Het alarm op ons mobiel een half uur voor zonsopgang gezet, voor het geval dat we weer bezoek kregen in de ochtendschemer. Maar de ochtenden waren rustiger dan de namiddagen.
Rond 9.00 uur verliet je dan weer je hut en ging je ontbijten. Dan had je tot 3.00 uur weer vrij om wat te relaxen in je kamer of een wandeling te maken.